INSTALLATIES EN PROJECTEN

Laurens van der Zee

 

terug naar DICHTER

INSTALLATIES EN PROJECTEN

Diverse columns,speeches en teksten

De Opblaaspop

One night only

Nestor - geen wonder

De Vliegende Hollander

Het meisje met de gouden haren

De Kat-Cacteeënyclus

Stegen

Licht in mijn oren

Anagrammenboek

Theekoepeltje Dichtersdomicilie

Gedichtenmarathon

De Dionysische Boom

De Zee als Dichter

Dít gaan we doen!

Straatmuzikant

Muziekontbijt

Min Tien Beaufort

Degelperspoëzie

Een Kerstverhaal

Vitrine "Van kop tot teen"

Linnaeus Geluidslandschap

Linnaeus Tekstbanieren

Rouwadvertenties Holland2050

Tambal Ban

Neem die kans, geef die kans!

Ontmoeten in Beeld

"Context" Fotowedstrijd

Vertaalproject "De wereld rond gedicht"

Rouwadvertenties "Begraven in Wageningen"

Taal in Zicht

Food for You

Het benzinestation, de komma in de reis

By the Way

Volksfront Allen Arm

Taaloefening

Speculaetie Staete

In vrijheid gesproken

Beelden van Gelderland

Molenmarkt

Verhalende rivier

De Tafel van W

Tel Sul

Wereldrecord kleinste schroefje

Teksten bij Araun Gordijn

Ons Huis

Apparaten vet en mager

Tussenhuidse teksten

Van mijn oude bank...

Morghe Sahar

Ministerie van in onbruik geraakte zaken

 

HET BENZINESTATION, DE KOMMA IN DE REIS - Wageningen / Gouda april 2009

Bij het overzichtswerk van de schilder Araun Gordijn (Gouda) Alle benzinestations 1988 - 2008 heb ik ultra-korte verhalen geschreven onder de titel Het benzinestation, de komma in de reis. Het boek is op 19 april 2009 bij Parklaan Landschapsarchitecten in Den Bosch gepresenteerd. De locatie was een bijzondere: Vanaf de jaren '30 was in dit karakteristieke gebouw het garagebedrijf Pompen en Verlouw gevestigd. Het boek opent met mijn serie ultra - short stories over de rol die benzinestations in reizen spelen. Stops tijdens autoreizen, zo is mijn ervaring, kunnen een onderbreking zijn met ver gaande invloed op je gedachten na het hervatten van de reis. Vandaar mijn titel de komma in de reis. Voor dit tweetalige boek zijn mijn teksten in het Engels vertaald door Michael Collins. Uitgave ABClassics, ISBN 978-80-813994-1-8. Het is bij de schilder te bestellen.

Araun Gordijn Nadat ik Araun Gordijn in de jaren '90 op een autobeurs had ontmoet en enkele boeken met zijn auto-schilderijen had gekocht, startten we een correspondentie over klassieke auto's en over poëzie. Vervolgens heeft hij een prachtige aquarel geschilderd van mijn Dodge pick - up uit 1942 tegen een typisch Amerikaanse achtergrond. In 2003 was ik mede-organisator van zijn expositie in De Casteelse Poort in Wageningen. Daarbij heb ik de tekst - en autotechniek installatie One night only ingericht. Deze staat in mijn lijst van projecten en installaties beschreven. In 2011 zouden we nogmaals samenwerken, weer in De Casteelse Poort, in een expositie van autoschilderijen en vrije schilderijen waarbij ik teksten heb geschreven. Deze staat als Teksten bij Araun Gordijn in de lijst. Een goede bron over deze schilder is, naast zijn eigen website, de beschrijving in de Wikipedia.

Hieronder de originele Nederlandstalige versie van mijn korte verhalen. De laatste tekst, Op reis, hebben we in juni 2009 tijdens het locatietheater By the way in Wageningen nagespeeld. De Helen-van-29 uit dat verhaal kwam echt briefjes met haar adres uitdelen aan de mannen onder het publiek. Enkele andere verhalen uit de serie heb ik toen staande op de treeplank van mijn Dodge voorgelezen.

 

HET BENZINESTATION: DE KOMMA IN DE REIS

UIL
Als mevrouw B. die avond niet het eerste benzinestation voorbij was gereden om op het volgende te tanken – gewoon, omdat dat liedje op de radio nog niet uit was – was zij niet langs de kant van de weg komen te staan en had zij ook niet moeten constateren dat haar telefoontje leeg was. Evenmin had zij dan die uil gehoord. Nooit hoorde je daar een uil, maar uitgerekend toen mevrouw B. daar tot stilstand was gekomen was ie er wel!

 

GELUK
Je kunt aarzelen, je kunt dingen zeker weten. Ook kun je tijdelijk vergeten zijn wat je weet. Zo kon het gebeuren dat de man die op het benzinestation in de rij voor de kassa stond opeens een gevoel kreeg van verschrikkelijke haast. Natuurlijk moest hij in z ’n eentje naar zijn caravan aan zee, sterker nog, hij had er al moeten wezen en als ie niet nu ging had ie morgen een burn-out! Hij keek op zijn horloge, een symbolisch, nutteloos gebaar want de tijd drong niet tot hem door. Onbewust had hij uit films overgenomen dat mensen die haast hebben op hun horloge kijken en daarna nog een keer.
Miscommunicatie met een buitenlandse automobilist, een haperende pinautomaat en iemand die iets was vergeten later, scheurde hij het station uit. Op de snelweg scoorde hij een bon, op de provinciale weg een bijna-dood-ervaring, op een binnenweg ergernis van fietsers en in het dorp de woede van bewoners. Hij zag het niet want hij was op weg naar zijn geluk.

 

ETEN
Daar rijdt Hanny. Ze heeft geen goeie zin want ze krijgt eters en weet niet wat ze moet koken. Bij die mensen hoef je niks van stal te halen maar het moet wel smaken. Hanny haat hutspot en al die dingen meer. Daar staat ze bij de kassa met haar writers-block maar dan voor koken. In de rij naast haar hebben ze ook een probleem: “Ik kan er niet tegen als mijn baas me lof toezwaait waar mijn collega’s bij zijn. En bovendien doen sommigen van mijn collega’s daarna zó vervelend. Kan ik er wat aan doen dat ik m’n werk goed doe”. In een heel wat betere stemming vervolgt ze haar reis. Met ham en kaas is inderdaad een goed idee.

 

LUCHT
“Ik begin een beetje genoeg te krijgen van al die mensen die vastgebonden willen worden”, dacht Lucy K. , toen ze in haar Opeltje in de provincie op weg was naar een te bevredigen klant. Benzine kwam ze niet te kort maar lucht opeens wel. Daarom stopte ze bij een pomp. Ze bleef zitten, ze wist het niet meer. “Zoek het uit!”, snauwde ze tegen de man door wie ze was besteld. Ze stapte uit en trok haar tas van de achterbank. Ze propte haar attributen in een plastic zak behalve een paar spullen waar ze zelf nog wat aan kon hebben en zette de zak tegen een muur. Daarna kocht ze kauwgum en Spa en reed terug naar waar ze vandaan was gekomen. De vrouw achter de kassa keek haar peinzend na.
Toen het rustig was haalde ze de zak op en keek er in.
Vervolgens hing ze op de deur “Gesloten”.


RIJDEN
De heer Z. reed in gedachten verzonken. Hij zag desondanks dat hij tegen reserve reed en zocht het eerstvolgende tankstation op. Daarna reed hij verder.
Als je hem had gevraagd of hij onderweg nog gestopt had, had hij nee gezegd.

 

PRATEN
“Even een bakkie doen” zegt ze steevast als we een tijdje onderweg zijn. Ze is een dynamische en aantrekkelijk dame, een beeldend kunstenaar met een ijzig esthetisch oordeel. Kijken doet haar pijn want er is zóveel mis, zoveel “net niet”, in de vormgegeven wereld om ons heen. Maar “even een bakkie doen” rolt er moeiteloos uit, tot mijn afschuw, want ik ben een dichter. Ik zeg niks, ze kan zo ontzettend van slag raken van dingen die ik zeg. Ze is allang de afrit opgedraaid en stopt voorbij de pompen. Koffie drinken is een feestje, dan ga je geen nuttige dingen doen. Zoals gewoonlijk organiseert ze het zo dat ik de koffie haal en zij even drie telefoontjes doet. Haar gebruikelijke vraag of het echt wel goed zit met de bandenspanning beantwoord ik geruststellend. En dan praten we. We zitten half in de auto, er komt suiker en melk, een stukje chocola, ze ontspant en is een ander mens. “Ergens anders wonen met een groot atelier, en met een man die nou eindelijk eens wél geld heeft en toch hartstikke aardig en met verstand van kunst zodat je niet alles moet uitleggen of tenslotte maar je mond houdt. En oh ja, hij moet natuurlijk niet krakkemikkig zijn. Gewoon zoals zoveel mensen leven en het goed hebben, toch? Ik zit nog steeds in die benauwde stad en ik kom er niet uit. Nou ja, misschien maar goed ook want ik zou gék worden op het platteland!”. Haar lach schalt over het terrein, ze zet hem als een geurspoor. Zo genieten we van de koffie en we kletsen, zij dan. En dan rijden we weer verder en we lachen, het lijkt verdorie of we op vakantie zijn…

 

MINDER
Wie met gevoelige apparatuur de auto van Hans van Kesteren op de A12 had gevolgd, had kunnen zien dat hij bij de eerste aanduiding van het tankstation bij Veenendaal vaart minderde. Geen 110 reed hij, maar 95, en dat bleef zo tot hij het station voorbij was.

 

GEKLEED
Pick-ups zijn in Amerika handig maar hier krijg je je bak vol water. Water en bladeren, geen fijne dingen voor een pick-up. Gelukkig schijnt in ons land zo nu en dan weer de zon. Dan kun je er met je wagen op uit. Je gooit – let wel, gooit – een slaapzak en een tent achterin, schuift er al naar gelang je hobby hengels, fietsen of een barbecue bij, en gaat op pad. Je moet trouwens niet al te burgerlijk gekleed gaan in een pick-up. Daar heb je rekening mee gehouden. Wel gek om op het eerste het beste benzinestation tien van die pick-ups te zien met allemaal een chauffeur in een geblokt flanellen hemd.

 

ZATERDAGNACHT
Op zaterdagnacht zie je veel aanhangertjes rijden. De meeste zijn naamloos of van de Boedelbak. Het zijn de krabbelaars van het entertainmentcircuit, de ene helft van Nederland heeft weer eens voor de andere helft gespeeld. Zwart, natuurlijk. Ik wed dat je een theater kunt draaien met de auto’s die je diep in de nacht op het tankstation ziet. Ja, je zou spontaan een feestje kunnen bouwen!
Die schnabbelaars herken je zó. De vrouwen hebben nogal opvallende ogen, de mannen zijn een beetje zweterig. Ze hebben net Elvis gedaan, dat begin je toch te voelen. De sologitaristen kammen hun haar, het koper vertelt weer een mop. Er is ook altijd wel een keyboard bij met alles er in van Hazes en Borsato. De kunst is op de juiste knop te drukken en op tijd te roepen “allemaal!”. Tuurlijk zijn er ook goochelaars bij, ze kunnen bijvoorbeeld een touw in de lucht laten staan of iets zomaar laten verdwijnen. En bingoleiders, dat zijn van die lui die bingo’s leiden, ze weten precies wat ze moeten roepen en wanneer, dat luistert heel nauw. En garderobejuffrouwen, zelfs misschien wel een paaldanseres! Zeg, die stationcar met een doedelzak er in en een trommel, een accordeon en een gitaar! Die kale met die muts op met die veer die ken ik, dat ben ik! Zeker weer de troubadour uitgehangen op zo’n personeelsfeest in een kasteel. Je kunt de sterren van de hemel zingen, ze lullen overal doorheen. Ja, het is een verzameling, zaterdagnacht op al die stations. En er is maar één ding wat we allemaal willen: naar huis!

 

ZONDER TITEL
De spanning in de auto is om te snijden. Tot elkaar veroordeeld zoeken ze wanhopig naar een vluchtweg. De komst van een pomp brengt afleiding. Daar doe je nu eenmaal de dingen die gedaan moeten worden. Zij blijft zitten. “Helaas”, denkt hij, want hij herinnert zich een film waarin de vrouw op het tankstation spoorloos verdwijnt. Hoe ging dat ook al weer?

 

RUST
De chauffeurs trekken een kroket, ze weten hoe die hier smaken. En koffie, want die is hier goed. Verderop is ‘t rond deze tijd toch file. Geen probleem. Je werkt, maar eigenlijk eet je op jouw tijd een kroketje, met een verse bak koffie erbij. Je kijkt eens naar de auto’s die tanken, de mensen, de vrouwen. Je kent de weg, je kent je wagen. Op de een of andere manier heerst er in je hoofd een eindeloze rust.
Komt een groepje binnen, ze zijn uit een busje gestapt. “Hè nee, koffie daar kan ik niet meer tegen”, zegt er een, een ander vraagt zich af wat voor theeën ze hier hebben. De volgende wil caffeïnevrij en de vierde wil alleen water, blauw. Zo zijn er nog een paar. Ze staan te hannessen bij de automaten, die euro’s lijken allemaal op elkaar. Met de geur van kroketten hebben ze een beetje moeite. Zo’n benzinestation is trouwens erg druk, zeker als je de voorbijrijdende auto’s er bij optelt. Tja, met de auto reizen verdient ook eigenlijk geen schoonheidsprijs, maar ja, die centra liggen altijd in het bos. Ze gaan op cursus, een tamelijk dure cursus. En nog een, en nog een. Zo schudt je langzaam de maatschappij van je af, of liever gezegd, je ontstijgt een beetje het gewone. Dan krijg je, als je ’t maar lang genoeg doet, in je hoofd een oneindige rust.

 

OP REIS
Zoals wel vaker opgemerkt, houdt reizen in dat je van A naar B gaat, en houdt van A naar B gaan in dat je op reis moet. Ook al komen we nooit aan, reizen doen we allemaal, we moeten wel. Zo ook Helen van 29. Dit is wat zij geplakt heeft op de prullebakken op de parkeerplaats van het tankstation:

Hoi. Mijn naam is Helen. Ik eenzame meisje zonder schadelijke gewoonten. Ik 29 jaar. Ik zoek een man van 32 jaar voor ernstige relaties. Mijn email: traazausch@gmail.com het gemakkelijker voor mij. Ik kan sturen brief en de foto elkaar. Helen.

Goede reis, Helen van 29!

 

 

©2007,2008 laurens van der zee, alle rechten voorbehouden. ontwerp Armand Haye