Even was iets in mij mij de baas. Ik slaakte een kreet, niet hard, maar door de stilte om mij heen klonk hij als een schot. Het was een uitroep van schaamte en ellende om al de fouten die ik had begaan.
Ik overdacht ze niet stuk voor stuk, er is een verzamelkode voor die ik niet ken, en het mechanisme dat alles in beweging zet ken ik al evenmin. Ik zei pardon hoewel er niemand was, stond even bevroren, en ging door met waar ik mee bezig was.
De zaak is hiermee wat mij betreft afgedaan. De volgende aanvallen, die zeker zullen komen, laat ik rustig over mij komen. De pijn ken ik en ik weet dat het overgaat. Ik hoop dat ik, mocht ik onder mensen zijn, niet hoorbaar ben.
Over tot de orde van de dag nu.
|
|
Overige:
Koffie terwijl het theetijd is/ Broeder/ Beter leven/ Een stukje/ Jordache/ Bewijs voor een leven na de dood/ Er staat een vrouw naast mijn bed/ Waarom gaat de telefoon niet?/ Promoveren op het uitroepteken/ Schaduw/ Iets zoeken/ Nu weet ik.
|